Hoog tijd om er eens een boek over te lezen. Dat van A&O’er Cécile de Roos, bijvoorbeeld. De titel maakt alvast één ding duidelijk: Stress zit NIET tussen je oren! Maar waar zit het dan wel?
Arbeids- en organisatiedeskundige Cécile de Roos is van nature blij en avontuurlijk aangelegd. Toen haar vader tijdens vakanties in Zuid-Frankrijk Cécile en haar zusje meenam in een rubberbootje een riviertje op, kon het haar er niet wild genoeg aan toe gaan. Terwijl haar zusje gilde en het liefst zo snel mogelijk weer aan land wilde. Het viel haar toen al op, zonder er woorden voor te hebben, dat de ene persoon last heeft van stress, en de andere niet.
Inmiddels heeft De Roos er wel woorden voor. Heel veel zelfs, want ze schreef er een boek over: Stress zit NIET tussen je oren. Waar stress dan wel zit? In het hele leven, zo blijkt uit het boek, en dat hoort ook zo.
Verrassend: jongeren reageren stressvoller op verandering
Op de eerste dag van de lockdown had De Roos afspraken met twee bedrijven voor werkplekonderzoeken. Het eerste bedrijf paste zich onmiddellijk aan, De Roos kon iedereen interviewen via Facetime. Het andere bedrijf zegde alle afspraken af. “Ik vroeg me af waarom de een zich onmiddellijk aanpast in een stressvolle situatie, en alternatieve wegen vindt, en de andere in een kramp schiet. Wat dat betreft was de lockdown een mooi laboratoriummodel. Hoe gedragen mensen zich als omstandigheden voortdurend veranderen?”
De CBS-cijfers boden verrassende inzichten, vond zij. “Jarenlang meldde 7,5% van de werknemers zich ziek door mentale klachten. In 2020 was dat ineens 5,2%. Een significante daling tijdens het eerste jaar van de lockdown. Ik heb dat verder onderzocht, en ik ontdekte ook tot mijn verrassing dat jongeren stressvoller reageren op veranderingen dan mensen boven de 25. Hoe dat komt? Geen idee, maar het is tegenstrijdig aan wat onderzoeken aangeven over het afnemend leervermogen naarmate mensen ouder worden.”
Zo leren we van situaties
Stress, stelt De Roos, is een nuttig fenomeen dat ervoor zorgt dat wij waakzaam zijn en ons als mens kunnen aanpassen aan de veranderingen in de omgeving. “Het is onderdeel van ons aanpassingsvermogen. Het helpt ons niet alleen om te overleven, maar dankzij ons stresssysteem leren wij van situaties. Dat doen we continu, elke dag. Bij chronische stress, die te zwaar is of te lang duurt, kunnen we de veranderingen niet meer aan. Dat is de ongezonde vorm van stress.”
Stress heeft vaak een domino-effect. Een heftige verandering, zoals het verliezen van een partner, leidt vaak tot meer veranderingen. Zoals moeten verhuizen, kinderen moeten opvangen, praktische zaken regelen. “Dan ligt chronische stress op de loer. Maar zonder gewone, normale stress kun je niet leven.”
Motivatie en stress op de werkvloer
Het ontbreken van (sociale) steun op de werkvloer, vaak in combinatie met de standaardisatie van taken, is een belangrijke trigger voor het ontstaan van stress. Net als gebrek aan motivatie, bijvoorbeeld wanneer iemand de status van een beroep fantastisch vindt, maar de inhoud niet.
Het ontbreken van sociale steun op de werkvloer is een belangrijke trigger voor het ontstaan van stress
“Goed omgaan met stress op je werkplek, doe je door te focussen op de taken die je leuk vindt”, zegt De Roos. “De arboprofessional en HR doen er goed aan te kijken naar de motivatie van medewerkers. Motivatie zegt vaak meer over geschiktheid voor een functie dan iemands diploma.
Zeker bij leidinggevenden is dit zo, die hebben in het kwadraat invloed op de werkplek. Een niet-gemotiveerde leidinggevende heeft zelf stress en zorgt ook voor stress bij zijn omgeving. Motivatie is een contra-indicatie voor stress. Mensen die gemotiveerd zijn, kunnen meer druk hebben dan mensen die niet gemotiveerd zijn. Zij concentreren zich op hun taken, in plaats van op gedoe op hun afdeling, bijvoorbeeld. In de praktijk moeten we vaker kijken naar de mate waarin iemand gemotiveerd is. Wanneer mensen geen betrokkenheid voelen bij het werk dan heeft het selecteren op diploma’s ook geen zin.”
Het ABC-model: een eye-opener
In haar boek hanteert De Roos het ABC-model, dat uitgaat van autonomie, betrokkenheid en competentie. “Een eye-opener”, zegt ze zelf. “Als je iets niet wilt en wel kunt, ben je loyaal maar het geeft geen energie. Dat heb je bijvoorbeeld met het doen van administratieve taken, of met het betalen van belasting. Als je iets niet wilt en ook niet kunt, dan verlies je alle energie. Als je iets niet kunt, maar wel wilt, raak je beslist gefrustreerd. Maar je hebt ook een leercurve. Je kunt ergens beter in worden en je competenties ontwikkelen. Je stresssysteem helpt je dan om door te zetten.”
Het spreekt voor zich dat organisaties het meest gebaat zijn bij medewerkers die willen, ook al kunnen ze het (nog) niet. De categorieën ‘niet willen’ zitten duidelijk op de verkeerde plek. Voor hen kun je beter een functie elders zoeken.
Tips voor de arboprofessional
Wat betekent dit allemaal voor een arboprofessional? “De arboprofessional staat aan de lat voor goede voorlichting over wat stress is. Daarnaast is een onbevangen houding van belang om een veilig klimaat te scheppen. Dan voelen mensen zich vrij hun verhaal te delen. Verder kan hij samen met HR zorgen voor een goed inwerkprogramma.
Ons stresssysteem, of eigenlijk praat ik liever van ‘leersysteem’, draait op neuronen. Als je iets meemaakt, of je leert iets, dan komen je neuronen in actie. Die hebben tijd nodig om verbindingen te maken.” Het is net als met spieren trainen, legt De Roos uit. Zoals je spieren tijd nodig hebben om sterk te worden, heeft ook je leersysteem tijd nodig om goed uit te harden. En dan kun je nieuwe ervaringen en veranderingen het hoofd bieden met je eigen brein. “Je brein moet groeien”, verklaart De Roos.
Heel handig is ook als de arboprofessional onderscheid leert maken tussen mopperen en klagen en stress. “Op afdelingen waar mensen mopperen, is niet per se meer stress. Maak onderscheid tussen wat mensen doen en zeggen en wat er daadwerkelijk aan de hand is. Op afdelingen waar ogenschijnlijk alles pais en vree is, kan onderhuids toch van alles spelen. Hoe je daarachter komt? Spreek mensen individueel. Praat 10 minuten met zes verschillende mensen en vraag hun waar zij energie op verliezen.” Zo makkelijk kan het zijn.
Iedereen moet het weten
Voorlichting is niet alleen nodig richting werknemers, vindt De Roos. Het zou goed zijn, volgens haar, als kinderen op school al leren wat stress is en hoe je dat het hoofd biedt. “Ik heb mijn boek geschreven in duidelijke taal”, zegt zij. “Je kunt het zo toepassen in het middelbaar onderwijs. We kunnen niet zonder stress, het biedt ons veel. Alleen in uitzonderlijke gevallen worden we er ziek van. Dat onderscheid moeten we kunnen maken, liefst zo jong mogelijk al. Ik geloof in kennis delen. Met het schrijven van dit boek voelde ik me een beetje als Erasmus die de Bijbel vertaalde voor gewone mensen. In mijn boek staan dingen die iedereen moet weten.”
Rusten is niet hetzelfde als herstellen
Cécile de Roos wil graag nog benoemen dat eerlijke emoties er mogen zijn, want die helpen ons dealen met stress. “Je hoeft niet voor elke emotie naar de psychiater om van stress af te komen. Neem een vriend, een vriendin of een hond en voorkom dat je vereenzaamt. Dat helpt chronische stress voorkómen.
En accepteer dat je tijd nodig hebt voor ingrijpende veranderingen, dus neem die tijd. Rusten is niet hetzelfde als herstellen. Een vakantie in een ver exotisch oord met andere gebruiken, waar je met een jetlag aankomt, betekent niet per se herstel. Daarvoor kun je beter naar Terschelling.”
En stop dan meteen haar boek in je koffer. “Het is een praktische vertaling van complexe wetenschap in alledaagse taal, onderbouwd met voorbeelden. Of je nu heftruckchauffeur bent, kroegbaas of operator: de praktische tips zijn handig voor iedereen die in aanraking komt met stress. Het biedt voldoende verdieping voor de adviseur en herkenbare voorbeelden waaruit duidelijk wordt waarom ons brein doet wat het doet.”